PAGW: Programmatische Aanpak Grote Wateren

De IJsselmeervereniging juicht in principe de versterking van de natuur toe, maar vind het essentieel dat de natuurdoelen voor al deze projecten helder, concreet en in samenhang geformuleerd worden. Zeker nu er veel projecten met veel varianten spelen is het belangrijk dat ook de monitoring wordt gecoördineerd. Voor het Bestuurlijk Platform IJsselmeer (BPIJ) zien wij hier een cruciale rol.

Lisdodde en riet op de Marker Wadden – Foto Willem Goudswaard

Voortgang van de Groene Ontwikkelingsprojecten in het kader van de PAGW

Tekst Frans de Nooij (zie ook de Ledenspecial najaar 2020)

De ecologische kwaliteit van het IJsselmeergebied staat al geruime tijd onder druk. De maatregelen uit de Kader Richtlijn Water hebben de waterkwaliteit aanzienlijk verbeterd, het ontbreekt echter aan essentiële leef-en paaigebieden(ondiepten) en verbindingen met het achterland.

Verbetering van de inrichting is naar voren gekomen als kansrijke maatregel om de biodiversiteit in het IJsselmeergebied te vergroten en een robuuster voedsel web te verkrijgen. Daarvoor lopen vijf PAGW projecten, waarvoor rond de 100 miljoen beschikbaar is.

Markerwadden. Na de aanleg vind nu een periode van intensieve monitoring plaats naar de resultaten. Daarvoor bestaat een de gecoördineerde onderzoeksprogramma ( zie KIMA.nl). Er ligt een aanvraag van de uitvoeringsorganisatie Marker Wadden bij de PAGW voor de aanleg van nog twee eilanden. Dat is een verlenging van de eerste fase Marker Wadden. Deze aanvraag is een laatste stap die past binnen het vigerende bestemmingsplan en het uitvoeringscontract.

Oostvaardersoevers. De bedoeling van het project is de waterkwaliteit in de Oostvaarders- en de Lepelaarsplassen te verbeteren door uitwisseling met het water van het Markermeer. Ook wordt de mogelijkheid van vismigratie onderzocht, gekoppeld aan de mogelijkheid om luwtezones onder water aan de Markermeerkant van de dijk in te richten. Ook is er aandacht voor de toeristisch recreatieve mogelijkheden.

Er zijn drie onderzoeksalternatieven gepresenteerd en besproken. De IJsselmeervereniging heeft hierop een zienswijze ingediend. Daarin wordt gesteld dat voor natuurontwikkeling aan de buitenzijde van de dijk ten behoeve van de visstand onderwateroplossingen prima zijn, maar eilanden niet. Daarnaast vragen we aandacht voor het scheppen van goede, vooral educatieve recreatiemogelijkheden. Eventueel door het creatief aanboren van andere geldbronnen. Op basis van de PlanMER zullen kansrijke onderdelen van elk van de alternatieven worden geselecteerd en in 2021 wordt daarna een voorkeurs eindbeeld opgesteld .

Wieringerhoek.
In maart 2020 zijn de eerste nota’s gepresenteerd met ideeën over de mogelijke inrichting van het gebied. Met vier sterk verschillende inrichtings-ideeën. (zie ook de info op de web site van de IJsselmeervereniging). De IJsselmeervereniging heeft in een zienswijze daar het volgende commentaar bij gegeven:

  • Wij staan positief t.a.v. het zoveel mogelijk herstellen van de dynamiek in het gebied. Wij pleiten voor een brede aanpak, dus ook voor een Maatschappelijk kosten Baten Analyse en niet alleen een milieueffectrapportage.
  • Wij missen een concreet idee voor welke natuurdoeltypen en welke vogels en vissen het gebied gaat worden (her)ingericht. De beoogde natuurwinst moet concreet worden benoemd en de resultaten goed gemonitord. Een inrichting waarbij nog goed kan worden bijgestuurd lijkt erg belangrijk.
  • Wij staan positief tegenover de ideeën om de kustzone binnen- en buitendijks een veel natuurlijker profiel te geven en beter recreatief in de richten. Waarbij onderschoffelen van mooi groen buitendijks gebied, zoals bij het Enkhuizerzand voorkomen moet worden.
  • In twee varianten komt de aanleg van eilanden voor. Hier hebben wij, evenals de watersporters grote bedenkingen tegen uitgesproken. Kernvraag is dan: hoe groot is de behoefte aan broedgelegenheid van vogels om hier een stuk open water aan op te offeren. Een eventuele uitbreiding van het eiland de Kreupel zal wel heel goed beargumenteerd moeten worden. De variant waarin een archipel wordt voorgesteld verwerpen wij volstrekt.

Nu wordt gewerkt aan het selecteren van elementen voor een voorkeursstrategie. Recent is echter duidelijk geworden dat er buiten dit project ook ideeën zijn gelanceerd voor energie of zonneceleilanden. De gemeente Medemblik heeft opdracht gegeven voor een onderzoek daarnaar. Evenals de andere groene organisaties en de watersport zijn wij tegen deze vereilandisering van het IJsselmeer Maar de realiteit gebiedt er rekening mee te houden dat de discussie over eilanden in het IJsselmeer de komende periode waarschijnlijk hevig kan oplaaien.

Ook de kustgemeenten zijn aan de slag gegaan met het ontwikkelen van een visie op toerisme en recreatie en wellicht wonen in de kustzone. Die gelinkt gaat worden aan de “groene” mogelijkheden.

Noord-Hollandse Markermeerkust. De ministers van IenW en LNV hebben besloten ook dit project op de rit te zetten. Binnenkort komt er een Startbeslissing voor dit project, een Samenwerkingsovereenkomst en een Verkenning.

Friese Kust. Ook hier hebben de ministers van LNV en IenW opdracht verleend voor een Verkenning. Eind van dit jaar komt er een Startbeslissing en een Samenwerkingsovereenkomst.

Monitoring. Goede monitoring is een essentieel hulpmiddel om te zien welke voortgang nu werkelijk wordt geboekt bij het herstellen van een robuuste natte natuur. Voor de Marker Wadden is nog wel wat af te dingen op de helderheid van de geformuleerde natuurdoelen, maar de monitoring wordt in ieder geval stevig opgepakt. Onlangs verscheen daarvan het eerste verslag: De zeer lezenswaardige Mid Term Review van het Kennis- en Innovatieprogramma Marker Wadden (KIMA). De kernvraag is daarbij: “Ontwikkelen de Marker Wadden zich tot een productief en duurzaam ecosysteem voor moeras-en watervogels?”. De onderzoekers constateren dat het nog te vroeg is voor een complete evaluatie. Dat kan pas aan het eind van de periode 2018-2022. Dan is een echte beleidsevaluatie mogelijk. Daarmee kunnen dan eventueel gefundeerde aanbevelingen worden gedaan voor de mogelijke aanleg van Marker Wadden Fase II en andere vergelijkbare objecten. Voor nu schrijven de onderzoekers : “ Marker Wadden is momenteel het belangrijkst voor landelijk bedreigde pionier soorten. De aantallen visdieven, dwergsterns, plevieren en kluten zijn regionaal en nationaal van belang. Het gebied wordt ook steeds interessanter voor moerasvogels zoals diverse eenden soorten, grauwe ganzen, meerkoeten en kleine karekieten”.

Het geheel meer dan de som der delen? De IJsselmeervereniging juicht de versterking van de natuur in de oeverzones toe, maar vind het essentieel dat de natuurdoelen voor deze projecten ook in samenhang geformuleerd worden. Zeker nu er veel projecten met veel varianten spelen is het belangrijk dat ook voor het hele gebied de natuurdoelen helder, “evidence based” en in samenhang worden geformuleerd. En dat ook de monitoring wordt gecoördineerd. Voor het Bestuurlijk Platform IJsselmeer zien wij hier een cruciale rol.